Posts tonen met het label lijmpistool. Alle posts tonen
Posts tonen met het label lijmpistool. Alle posts tonen

zondag 19 november 2017

Een half bos aan het lijmpistool



Een grote strokrans vol kastanjes: die werd zo zwaar dat ik hem niet durfde toevertrouwen aan een muurspijkertje. Het werd dus een legkrans. Ik moest er twee keer voor gaan rapen, want na één keer was er nog maar tweederde gevuld.
Ik smeerde de kastanjes in met lijm uit het lijmpistool op het platst mogelijke deel en klemde ze dan vijf seconden op de krans voor ik losliet. Hierbij werkte ik van binnen naar buiten.
 

Tussen de kastanjes door blijf je natuurlijk strokrans zien en die ruimtes gooide ik op het eind vol met wit geschilderde takjes uit een zakje van de Action, ook vastgezet met hete lijm.
Om het gat te dichten en de krans op te vrolijken nog een aantal stoffen lathyrusbloemen en kunstgroen erin.
En nu ik toch in het bos had lopen struinen en een zak met allerlei val had gevuld, gelijk maar een beukennoothulsjeskrans gemaakt.
Nu is mijn herfstknutselbehoefte bevredigd. Ik stop voordat ze me Ans Krans gaan noemen. 

 

Tot slot een plaatje van de onweerstaanbare herfstkleuren in Nièvre.
 


 


 

zondag 5 november 2017

Lelijke lariks

Tussen ons en de buurvrouw staat een uit de krachten gegroeide lariks. Eigenlijk een lelijk ding, maar toch neemt geen van ons het initiatief hem te rooien.
De lelijke lariks laat natuurlijk ook nog eens in deze tijd irritant veel naaldjes vallen, maar - toegegeven - hij heeft mooie appeltjes. Als die eraf waaien raap ik ze.
Van vorig jaar had ik een zak vol en die zijn leuk om een krans mee te maken. Ik nam hiervoor een klein formaat takkenkrans. Eerst lijmde ik met het lijmpistool de binnenste rij met de punt van de kegels naar binnen en vervolgens lijmde ik rij voor rij de kegels - liggend naar één kant toe - op de krans. Het voordeel van lariksappeltjes


ten opzichte van dennenappels is dat ze heel licht zijn; ze blijven daarom goed zitten en de krans wordt ook geen zwaargewicht.

 

 

 
 

maandag 16 januari 2017

Kransen die blijven


Het is natuurlijk prachtig om kransen van dennentakken of verse bloemen in huis te hebben, maar die verwelken en moeten dan weer ververst worden. Daarom is het ook fijn een paar kransen te maken die niet zo snel lelijk worden.


Ik heb er drie; een van judaspenning, een herfstkrans van bosvondsten en een van calocephalus, een plantje met grijze, takachtige blaadjes, dat je nu in elke bloemenwinkel ziet.

Het kransje van judaspenning is lekker luchtig. Ik heb de judaspenning van het najaar geoogst. Het is echt een Zen-werkje om de groene omhulsels van de blaadjes af te halen zodat het zilver van de judaspenning tevoorschijnkomt. De basis is een krans van gevlochten rotan.
  
 De herfstkrans is gemaakt op een strokrans met het lijmpistool. Als basis koos ik zeven sparrenappels en daaromheen plakte ik dennenappels, eikels, eikelhoedjes, beukennootjes, takjes en lariksappeltjes. Een zware jongen op die manier...
En de krans van calocephalus heb ik
op een rieten krans gemaakt. De takjes zijn met binddraad om de krans gevlochten.






Verder zijn er natuurlijk legio mogelijkheden met droogbloemen, dus dat wordt van de zomer plukken en hangen; lavendel bijvoorbeeld.